Verviers
Het gaat niet goed met Verviers
het station, de straat
loopt over van mensen
zonder werk zonder toekomst
geen kant kunnen ze uit
ze bedelen om wat centen
teneinde hun dag wat bij te kleuren
toch gaat het goed met Verviers
aan elke oversteek
stopt
een auto vol migranten
ze begroeten je
laten je voorgaan
nemen hun tijd
de weg vraag je bij voorkeur
aan een weelderige zwarte
uit Senegal of waarvandaan ook
die je als vanzelfsprekend
antwoordt
in het sappigste Frans
het gaat goed met Verviers
Treincoupé
Al van ver hoor ik haar hakken
tokketokketok
de wagon doorklieven
pal naast mij houdt ze halt
terwijl ze mijn verweerde rugzak monstert
zich voorover buigt
om met vlugge halen
van de zitbank weg te vegen
wat haar hindert
(kruimels misschien?)
trekt ostentatief haar jas uit
haar knellend nauwe handschoenen
haar muts
zijgt neer met de weldoordachte zet van
hier ben ik raak me niet aan
voor mij ben je niks, minder dan niks
hoe ze vervolgens met beide handen
haar tas omklemt
op haar netjes ingepakte knieën
de ogen sluit om deze
de ganse goddamn reis
toe te houden
zoals alles aan haar op slot
geen spier nog die verroert
tot de trein stopt
in het enige station denkbaar
rekening houdend met haar ontkenning
haar misprijzen voor iets
dat maar op een ander mens zou kunnen lijken
hoe ze vervolgens ceremonieel
haar purperen tas oppakt
haar witte jas, witte handschoenen
witte muts weer aantrekt
en het tokketokketok
van haar zelfverzekerde stap
u i t d e i n t
doorheen het treincoupé