je oog glimmend van guitigheid
je lippen kier van plezier
terwijl in de palm van je hand
je vingers bekokstoven
wat ze zullen gaan uitspoken
van zottigheid lijkt je ene been
wel zoek geraakt
voor hetzelfde geld
trek je jouw jurk nog over je kop
immers
alles kan men van jou verwachten
zoals je daar staat
alleen en onbevreesd
klaar voor de bühne
Zelden spraken ze elkaar aan bij de voornaam
vermeden elk woord dat met de tijd
schel of te hol zou gaan klinken
jaren gingen voorbij toen voor het eerst
hij haar kindje ging noemen
alsof ze zo klein nog en teer
met iets van buiging in zijn stem
van hapering, beducht voor het afscheid
dat hoe dan ook naderbij kwam
Altijd in mei
nota bene ter gelegenheid van Corpus Christi
gaan geweersalvo’s af in Granada
verontrust repliceren de muren
en schreeuwen het uit
verzet u tegen de behoudsgezinde klasse
verzet u tegen het geweld
weg met de machthebbers en
politiekers aan de galg
okupa, staat er zwart op wit
ataca al capital en lucha
Tengo miedo, Garcia!
Precies om vijf uur na de middag
beginnen in koor de kerkklokken te luiden
de ene schijnbaar goedmoedig
de andere zoals die van de kathedraal
ongelijkmatig en moeizaam
tegen de avond en om af te sluiten
klinkklanken tenslotte de klokken
van de Sra de las Angustias
alsof nooit iets is gebeurd
gelaarsd en gespoord
stromen de gelovigen
via de Manuel del Paso naar binnen
zingen uit volle borst tot hun redder
en behoeder van de conservatie
om bij het verlaten van het godshuis
achteloos wat nikkel te werpen
in de schoot van de zigeunerin
gehurkt in het portaal
Tengo miedo, Garcia